Huis van de vestaalse maagden
De Vestaalse maagden woonden in een groot huis naast de tempel. Ze lijken enigszins op kloosterlingen, met dit verschil dat hedendaagse nonnen meestal een gelofte van armoede afleggen, terwijl de Vestaalse maagden een uitermate comfortabel leven leidden.
Bron 3: Ploutarchos somt de beloften en voorrechten van de Vestaalse maagden op
Ploutarchos (46 – 120 n.C.) was een Grieks schrijver en filosoof. Hij kwam herhaaldelijk in Rome, waar hij met voorname Romeinen op vertrouwelijke voet stond.
Men zegt, dat Numa eerst Gegania en Verenia als Vestaalse maagden heeft ingewijd, en vervolgens Canuleia en Tarpeia; later zou (koning) Servius er nog twee aan hebben toegevoegd, waarna dit aantal tot op onze tijd gehandhaafd bleef. Er werd voor de heilige maagden door de koning een periode van dertig jaar vastgesteld waarin zij kuis moesten leven: gedurende het eerste tiental jaren leren zij wat zij moeten doen, gedurende het tweede doen zij wat zij hebben geleerd en gedurende het laatste onderwijzen zij zelf andere meisjes. Vervolgens, als die dertig jaar zijn verlopen, mag ieder die dat wenst een huwelijk aangaan en overstappen op een andere manier van leven, nadat zij het heilige ambt heeft neergelegd. Doch men zegt dat maar weinigen van deze vrijheid gebruik hebben gemaakt, en dat voor degenen die zulks deden geen geluk was weggelegd, maar dat zij de rest van hun leven in berouw en neerslachtigheid doorbrachten. Daardoor wekten zij in de anderen een bijgelovige angst, zodat deze tot aan hun oude dag en hun dood standvastig volhardden in hun maagdelijke staat.
Maar Numa verleende hun grote voorrechten; daartoe behoorden dat zij nog tijdens het leven van hun vader een testament mogen maken en, gelijk de vrouwen die drie kinderen hebben, hun overige zaken mogen regelen zonder de tussenkomst van een beschermer. Als zij in het openbaar verschijnen worden de fasces* voor hen uit gedragen; en als zij bij toeval een misdadiger tegenkomen die op weg is naar zijn executie, dan wordt hij niet ter dood gebracht. Maar de maagd moet zweren dat de ontmoeting onopzettelijk en toevallig plaatshad en niet van tevoren was georganiseerd. Degene die onder de draagstoel waarin zij gedragen worden door gaat, moet sterven.
*fasces: Het was een soort bundel van twijgen met bijl aan vast en een teken van geweldige macht. Dit moest de burgers eraan herinneren dat de koning hen kon laten onthoofden wanneer ze de staat in gevaar brachten
Ploutarchos (46 – 120 n.C.) was een Grieks schrijver en filosoof. Hij kwam herhaaldelijk in Rome, waar hij met voorname Romeinen op vertrouwelijke voet stond.
Men zegt, dat Numa eerst Gegania en Verenia als Vestaalse maagden heeft ingewijd, en vervolgens Canuleia en Tarpeia; later zou (koning) Servius er nog twee aan hebben toegevoegd, waarna dit aantal tot op onze tijd gehandhaafd bleef. Er werd voor de heilige maagden door de koning een periode van dertig jaar vastgesteld waarin zij kuis moesten leven: gedurende het eerste tiental jaren leren zij wat zij moeten doen, gedurende het tweede doen zij wat zij hebben geleerd en gedurende het laatste onderwijzen zij zelf andere meisjes. Vervolgens, als die dertig jaar zijn verlopen, mag ieder die dat wenst een huwelijk aangaan en overstappen op een andere manier van leven, nadat zij het heilige ambt heeft neergelegd. Doch men zegt dat maar weinigen van deze vrijheid gebruik hebben gemaakt, en dat voor degenen die zulks deden geen geluk was weggelegd, maar dat zij de rest van hun leven in berouw en neerslachtigheid doorbrachten. Daardoor wekten zij in de anderen een bijgelovige angst, zodat deze tot aan hun oude dag en hun dood standvastig volhardden in hun maagdelijke staat.
Maar Numa verleende hun grote voorrechten; daartoe behoorden dat zij nog tijdens het leven van hun vader een testament mogen maken en, gelijk de vrouwen die drie kinderen hebben, hun overige zaken mogen regelen zonder de tussenkomst van een beschermer. Als zij in het openbaar verschijnen worden de fasces* voor hen uit gedragen; en als zij bij toeval een misdadiger tegenkomen die op weg is naar zijn executie, dan wordt hij niet ter dood gebracht. Maar de maagd moet zweren dat de ontmoeting onopzettelijk en toevallig plaatshad en niet van tevoren was georganiseerd. Degene die onder de draagstoel waarin zij gedragen worden door gaat, moet sterven.
*fasces: Het was een soort bundel van twijgen met bijl aan vast en een teken van geweldige macht. Dit moest de burgers eraan herinneren dat de koning hen kon laten onthoofden wanneer ze de staat in gevaar brachten
Bron 4: Ploutarchos vertelt wat er gebeurt met wie de gelofte van kuisheid breekt
Ploutarchos (46 – 120 n.C.) was een Grieks schrijver en filosoof. Hij kwam herhaaldelijk in Rome, waar hij met voorname Romeinen op vertrouwelijke voet stond.
"Als straf voor het merendeel van hun vergrijpen krijgen de maagden slaag, waarbij de opperpriester de schuldige soms op het naakte lichaam straft, achter een gordijn op een donkere plaats; maar zij die haar kuisheidsgelofte schendt, wordt levend begraven bij de Collijnse Poort. Daar loopt binnen de stad een aarden wal, die zich over een flinke afstand uitstrekt en in het Latijn ‘agger’ wordt genoemd. Daar legt men een onderaardse kamer aan, niet groot, met een trap die van boven naar beneden leidt. Er staat een opgemaakt bed in, een brandende lamp en kleine hoeveelheden van de voor het leven noodzakelijke dingen, zoals brood, water in een kan, melk, olijfolie, alsof de Romeinen zich daarmede zouden reinigen van de schuld door honger een leven te vernietigen dat aan de hoogste eredienst was gewijd. De Vestaalse die zo gestraft wordt, zetten zij in een draagstoel die zij vanbuiten afdekken en met riemen dichtsnoeren, zodat zelfs geen schreeuw meer hoorbaar is, en dragen haar over het Forum. Allen gaan zwijgend uit de weg en laten haar voorbijgaan zonder een geluid te maken, in een soort angstaanjagende neerslachtigheid; geen aanblik is huiveringwekkender en de stad kent geen somberder dag dan deze. Wanneer de draagstoel de plaats van bestemming heeft bereikt, maken de knechten de banden los. De voorganger van de priesters heft zijn handen ten hemel en zegt enige geheime gebeden vóór de noodlottige handeling. Dan helpt hij de schuldige, die geheel gesluierd is, uit de draagstoel en brengt haar naar de trap, die naar het vertrek beneden leidt. Vervolgens wendt hij zelf het gelaat af, gelijk ook de andere priesters doen; en zodra de vrouw beneden is, wordt de trap weggehaald en de toegang tot het vertrek onder een hoop aarde bedolven, die hem aan het oog onttrekt, zodat de plaats even hoog is als de rest van de wal. Zo worden dus degenen gestraft die hun heilige gelofte van kuisheid breken."
Ploutarchos (46 – 120 n.C.) was een Grieks schrijver en filosoof. Hij kwam herhaaldelijk in Rome, waar hij met voorname Romeinen op vertrouwelijke voet stond.
"Als straf voor het merendeel van hun vergrijpen krijgen de maagden slaag, waarbij de opperpriester de schuldige soms op het naakte lichaam straft, achter een gordijn op een donkere plaats; maar zij die haar kuisheidsgelofte schendt, wordt levend begraven bij de Collijnse Poort. Daar loopt binnen de stad een aarden wal, die zich over een flinke afstand uitstrekt en in het Latijn ‘agger’ wordt genoemd. Daar legt men een onderaardse kamer aan, niet groot, met een trap die van boven naar beneden leidt. Er staat een opgemaakt bed in, een brandende lamp en kleine hoeveelheden van de voor het leven noodzakelijke dingen, zoals brood, water in een kan, melk, olijfolie, alsof de Romeinen zich daarmede zouden reinigen van de schuld door honger een leven te vernietigen dat aan de hoogste eredienst was gewijd. De Vestaalse die zo gestraft wordt, zetten zij in een draagstoel die zij vanbuiten afdekken en met riemen dichtsnoeren, zodat zelfs geen schreeuw meer hoorbaar is, en dragen haar over het Forum. Allen gaan zwijgend uit de weg en laten haar voorbijgaan zonder een geluid te maken, in een soort angstaanjagende neerslachtigheid; geen aanblik is huiveringwekkender en de stad kent geen somberder dag dan deze. Wanneer de draagstoel de plaats van bestemming heeft bereikt, maken de knechten de banden los. De voorganger van de priesters heft zijn handen ten hemel en zegt enige geheime gebeden vóór de noodlottige handeling. Dan helpt hij de schuldige, die geheel gesluierd is, uit de draagstoel en brengt haar naar de trap, die naar het vertrek beneden leidt. Vervolgens wendt hij zelf het gelaat af, gelijk ook de andere priesters doen; en zodra de vrouw beneden is, wordt de trap weggehaald en de toegang tot het vertrek onder een hoop aarde bedolven, die hem aan het oog onttrekt, zodat de plaats even hoog is als de rest van de wal. Zo worden dus degenen gestraft die hun heilige gelofte van kuisheid breken."
Opdrachten
1. Lees bron 3. De Vestaalse maagden werden tussen de 6 en de 10 jaar gekozen uit de adel door de pontifex maximus (opperpriester). Hoeveel Vestaalse maagden waren er?
2. Hoe lang bleven zij in dienst?
3. Wat was hun functie elke 10 jaar?
4. Wat mogen zij na deze termijn als hun taken zijn vervuld?
5. Welke gelofte legden zij af als Vestaalse maagd (bron 3)?
6. Wat gebeurde er als zij zich niet aan deze gelofte hielden (bron 4)?
7. Wat was hun voornaamste taak? Denk terug aan de Vestatempel.
8. We zegden reeds dat de maagden een uitermate comfortabel leven hadden. In ruil voor hun grote verantwoordelijkheid, kregen ze dus veel voorrechten in de plaats. Geef twee voorbeelden (bron 3).
9. Bekijk het Huis van de Vestaalse maagden (bron 1). Beschrijf dit bondig.
10. Bekijk de reconstructie en de overblijfselen (bron 2). Wie zou er worden afgebeeld in de beelden die zich vroeger tussen de zuilen bevonden?
2. Hoe lang bleven zij in dienst?
3. Wat was hun functie elke 10 jaar?
4. Wat mogen zij na deze termijn als hun taken zijn vervuld?
5. Welke gelofte legden zij af als Vestaalse maagd (bron 3)?
6. Wat gebeurde er als zij zich niet aan deze gelofte hielden (bron 4)?
7. Wat was hun voornaamste taak? Denk terug aan de Vestatempel.
8. We zegden reeds dat de maagden een uitermate comfortabel leven hadden. In ruil voor hun grote verantwoordelijkheid, kregen ze dus veel voorrechten in de plaats. Geef twee voorbeelden (bron 3).
9. Bekijk het Huis van de Vestaalse maagden (bron 1). Beschrijf dit bondig.
10. Bekijk de reconstructie en de overblijfselen (bron 2). Wie zou er worden afgebeeld in de beelden die zich vroeger tussen de zuilen bevonden?